In 2013 presenteerde professor Mark Post van Universiteit Maastricht de eerste kweekvleesburger. Voorafgaand aan de presentatie ondervroeg onderzoeksbureau Flycatcher, in samenwerking met Post, ruim 1.000 Nederlanders. De bekendheid van kweekvlees was toen laag, 21% had de term al eens gehoord. In 2018 is het onderzoek nogmaals uitgevoerd onder ruim 1.000 Nederlanders en is de bekendheid gestegen naar 53%.
Het aantal Nederlanders dat kweekvlees zou kopen wanneer het verkrijgbaar was in de supermarkt, bedraagt 57%. In 2013 ging het om 52% van de Nederlanders. Opvallend is dat in 2018 significant meer Nederlanders bereid zijn om meer te betalen voor kweekvlees dan in 2013. Bijna een vijfde is bereid om 20% tot 50% meer te betalen voor kweekvlees.
Wanneer smaak, structuur en voedingswaarden hetzelfde zijn als traditioneel vlees, dan geeft 78% aan ook vaker kweekvlees te willen kopen. De belangrijkste reden hiervoor is, net zoals in 2013, dat het dierenleed voorkomt. Daarnaast wordt als reden vaak genoemd dat het een oplossing levert voor het wereldvoedselprobleem en om afvalstoffen te verminderen. Belangrijkste reden om geen kweekvlees te kopen, is dat het genetisch gemodificeerd is.
Hoewel men steeds positiever tegenover de productie van kweekvlees staat, zijn de Nederlanders nog steeds niet erg gecharmeerd van het woord “kweekvlees”. Ze denken bij het woord vaak aan “nep”, “vies” en “vreemd”. Ook vinden ze het een slecht woord voor het product en zou ruim de helft (55%) kweekvlees een andere naam geven. Dit is echter wel een significante daling ten opzichte van 2013. Toen wilde nog 64% het een andere naam geven.